Flensverbindingen

Aan flensverbindingen worden steeds hogere eisen gesteld i.v.m veiligheid en lekkage. Vaak wordt door de leverancier van o.a. de pakkingen aangegeven wat de aanhaalmomenten van de bouten zouden moeten zijn. Daarnaast is er vaak een duidelijke instructie op welke wijze en volgorde de bouten aangedraaid dienen te worden.
Uitlijnen
  1. Breng flenzen en boutgaten bij elkaar zonder overvloedige kracht te gebruiken.
  2. Schuif pakking tussen de flenzen en centreer de pakking.
Let hierbij op het volgende
  • De afdichtvlakken van de twee voorlaskragen dienen bij gebruik van een rubber pakking parallel ten opzichte van elkaar over de gehele omtrek met de pakking contact te maken (zie lijnen A–A, B–B, C–C in Figuur 1 en 2).
  • Het flensvlak D–D (zie Figuur 3) dient rondom over het gehele oppervlak aan te sluiten met de kraag van de voorlaskraag om kantelen te voorkomen. Dit kan leiden tot lekkage en tot breuk bij het aanspannen van de bouten.
Bouten aanspannen in 7 stappen
  1. Monteer alle bouten en moeren handvast en zorg voor uitlijning volgens figuren 1, 2 en 3.
  2. Bouten met momentsleutel aanspannen in kruislings patroon volgens Figuur 4 met 20% van het aanhaalmoment zoals vermeld in onderstaande tabel.
  3. Herhaal met 40% van het aanhaalmoment.
  4. Herhaal met 60% van het aanhaalmoment.
  5. Herhaal met 80% van het aanhaalmoment.
  6. Herhaal met 100% van het aanhaalmoment.
  7. De bouten rondom aanspannen tot alle bouten met het hele aanhaalmoment vastzitten (algemeen 2x rondom).
Dit geldt voor boutverbindingen die worden blootgesteld aan extreme thermische cycli.
Volgorde van aanspannen (Figuur 4)
Vraag fabrikant advies over aanhalen van bouten!